Terug naar Zinder
Zinder Educatie
EducatieCursusaanbodBeeldendKunstgeschiedenis > Kunstgeschiedenis op maandag

Kunstgeschiedenis op maandag

Kunstgeschiedenis op maandag

Tijdens de reeks lezingen van kunstgeschiedenis neemt een specialist u mee naar een bepaalde stijlperiode, een kunstwerk of een kunstenaar, of wordt er een thema uitgediept. De lezingen sluiten vaak aan bij een actuele tentoonstelling.
Dit seizoen besteden we aandacht aan bijzondere tentoonstellingen. De onderwerpen die aan bod komen zijn Marokko, Tilo Baumgärtel, Van oermoeder tot madonna, Florence in de 15de eeuw, de schepping van de wetenschap, Adriaen van de Venne en Frans Hals. Prijs inclusief koffie of thee in de pauze.


Marokko, het verre westen van de islam, deel 2
Na een bezoek aan de koningssteden van het noorden verkennen we in de tweede lezing het Marokkaanse zuiden. Hier vormt de stad Marrakesh, waar de moderne landsnaam Marokko van is afgeleid, het stralende middelpunt. Strategisch gelegen tussen de Hoge Atlas en de Atlantische kustvlakte groeide het van een simpel legerkamp uit tot een levendige handelsmetropool en fabelachtige paleisstad, omgeven door weelderige tuinen.

De stichting en opbloei van Marrakesh valt in de periode dat het Marokkaanse Rijk onder strijdbare Berbervorsten zijn grootste omvang bereikte. Zij wisten hun macht en gezag uit te breiden tot ver in Spanje; in westelijk Noord-Afrika (de Maghreb) tot Algiers en Tunis; en bezuiden de Sahara tot Timboektoe aan de Niger. Dit is ook een tijdperk van sterke wisselwerking met de verfijnde Andalusische cultuur van Zuid-Spanje. Met de val van Granada in 1492 kwam daar een einde aan. 

 

De magische realiteit van Tilo Baumgärtel
Na eerdere lezingen over de Neue Leipziger Schule-kunstenaars Matthias Weisscher en Neo Rauch zetten we nu het veelzijdige werk van hun collega Tilo Baumgärtel in de spotlights. Uitgangspunt voor zijn werk is altijd de zichtbare werkelijkheid. Hij haalt zijn inspiratie uit eigen herinneringen, maar ook uit bijvoorbeeld documentaires of boeken en brengt die inspiratiebronnen samen in zijn werken die hij zelf omschrijft als ‘kamers vol fragmenten’. Ze zijn als een screenshot uit een film die hij graag zou willen zien, waarbij hij het verhaal nooit helemaal uitwerkt. De lezing sluit aan bij de tentoonstelling ‘Tilo Baumgärtel – Das selbe Wasser’, met een overzicht van schilderijen, (digitale) tekeningen en videokunst die tot en met 3 maart 2024 te zien is in het Drents Museum in Assen

 

Van oermoeder tot madonna

Lang voor de christelijke tijd worden over de hele wereld oermoeders en godinnen vereerd die de vruchtbaarheid bevorderen. Demeter, Tyche, Venus en Isis zijn maar een paar voorbeelden. Zij vertegenwoordigen alles wat met de aarde en de schepping te maken heeft: vruchtbaarheid, moederschap, bescherming en liefde, maar ook macht. Aan de godinnen worden offers gebracht om hen in de juiste stemming te brengen, zodat ze hun taken goed zullen vervullen. Hun beelden worden thuis en in tempels uitbundig vereerd met feestelijke processies, muziek, etenswaren, bloemenhuldes en kaarsengroeten. Uit al die tradities hebben vroegchristelijke gelovigen geput voor de eerste Mariabeelden. Het beeld van de Moeder Gods met haar Zoon groeide uit tot het meest populaire binnen het christelijke geloof.

 

De boekhandelaar van Florence

Aan de hand van het boek ‘De boekhandelaar van Florence’ van Ross King schetst docente Marian van Caspel een beeld van het vijftiende eeuwse Florence. De hoofdpersoon van het boek, Vespasiano da Bisticci, vervaardigde luxe manuscripten voor geleerden, pausen en vorsten, zoals Cosimo de Oude uit de Medici-familie. Vaak betreft het in die tijd teruggevonden of vanuit het Byzantijnse Rijk aangeleverde teksten van antieke auteurs. Die zorgden voor een opwindende herleving - een ‘renaissance’ - van de waarden en normen van de klassieke oudheid en het gevoel in een nieuwe tijd te leven. De uitvinding van de boekdrukkunst zorgde vervolgens voor de snelle verspreiding van nieuwe denkbeelden. De boekhandelaar Da Bisticci was toen inmiddels aan het einde van zijn werkzame leven. 

Voor het volgen van de lessen is het niet nodig het boek van Ross King gelezen te hebben.

 

De schepping van de wetenschap

De verhouding van religie en wetenschap gaat vaak gepaard met heftige emoties. Aanhangers van beide ‘partijen’ zien elkaar zelfs vaak als vijanden. Toch hebben religie en wetenschap innig samengewerkt: in de middeleeuwen waren klooster- en later kathedraalscholen de voorlopers van de universiteiten. En aanvankelijk was op die universiteiten het vak theologie een van de belangrijkste. Met het ontstaan van het rationalisme in de 17e eeuw lijken de twee echter hun eigen weg ingeslagen te zijn om in de 19e eeuw met de evolutietheorie van Darwin, die indruist tegen het bijbelse scheppingsverhaal, definitief onverzoenbaar te worden. Toch hebben wetenschap en religie onverwacht veel met elkaar gemeen. Op de tentoonstelling ‘De schepping van de wetenschap’ – van 22 februari tot 2 juni 2024 in Museum Catharijneconvent – wordt ingegaan op dit thema met onder meer kunstwerken en zeldzame manuscripten.

 

 

De omgekeerde wereld van Adriaen van de Venne

Adriaen van de Venne (1587-1662) is een van de meest originele en veelzijdige kunstenaars van de 17e-eeuw. Hij schildert genre- en historiestukken, landschappen, portretten en architectuurstukken, ontwerpt prenten en boekillustraties, waarvoor hij samenwerkt met grote schrijvers van die tijd als Jacob Cats en Johan de Brune. In zijn werken toont hij de maatschappij van zijn tijd met een kritische, maar vaak ook humoristische blik: hij benadrukt graag hoe het niet hoort. Hij is ook zelf een begenadigd dichter. Het Zeeuws Museum in Middelburg brengt een groots eerbetoon aan dit multitalent dat van 1608 tot 1625 in die stad woonde en werkte, en waar rond 1614 zijn carrière begon. De tentoonstelling is te zien tot en met 21 april 2024.

 

Frans Hals. Zijn tijd ver vooruit.

Uitzonderlijk vernieuwend, vermakelijk en bijna baldadig: Frans Hals was een van de meest bepalende schilders van de 17de eeuw. Van 16 februari tot 9 juni 2024 is in het Rijksmuseum een tentoonstelling te zien van zijn werk. Met ongeveer 50 schilderijen wordt de ontwikkeling van Frans Hals getoond, waarbij opvalt dat hij steeds meer met conventies durfde te breken en vol vertrouwen zijn eigen(wijze) weg vond. Tegelijk geeft de tentoonstelling een boeiend tijdsbeeld. Het ’burgerlijk realisme’ dat hij zich meester maakte, geeft een inkijkje in de leefwereld van zijn opdrachtgevers en normen, waarden en tradities van zijn tijd. Frans Hals schilderde vooral portretten, waaronder ook meesterlijke schutterstukken. Een van die schutterstukken, ‘Feestmaal van de officieren van de Sint-Jorisschutterij’ uit 1616 (Frans Hals Museum, Haarlem) verlaat voor de tentoonstelling voor het eerst ooit de stad Haarlem.


De lezingen van deze reeks zijn ook afzonderlijk te volgen, zie de website van Zinder voor meer informatie: aanbod kunstgeschiedenis